Bouwondernemers zien vaker grotere vertragingen door problemen op het net
Lange vertragingen door netcongestie zijn toegenomen, zeggen respondenten in de BouwMonitor. Nog eerder een aansluiting aanvragen is een van de oplossingen.
Gepubliceerd op cobouw.nl door Petra Platschorre, 4 maart 2024
Bouwondernemers hebben steeds vaker te maken met langdurige vertragingen van projecten door netcongestie. Dat blijkt uit de BouwMonitor-enquête van Cobouw en USP Marketing Consultancy over de maand januari. De enquête is ingevuld door aannemers en ondernemers uit de ontwerpsector, toeleverende industrie, installatiesector en afbouwsector (zie kader).
Van het totaal aantal respondenten is 77 procent actief in de nieuwbouw of uitbreiding. Bijna de helft van deze groep heeft te maken met vertraging doordat er geen aansluiting mogelijk is op het elektriciteitsnet. Ruim een derde zegt dat dit bij maximaal een kwart van de projecten speelt, nog zo'n twintig procent ziet dit bij een kwart tot de helft van de projecten voorkomen.
De vragen werden in de BouwMonitor van juni 2022 ook uitgevraagd. Nu blijkt dat de groep die te maken heeft met vertraging niet zozeer groter is geworden, maar dat deze vertragingen wel langer duren. Vooral de groep die stremmingen ziet van meer dan een jaar is sterk gegroeid, van 2 naar 18 procent. Een kwart geeft aan dat projecten tussen de vier en zes maanden zijn vertraagd en nog eens 17 procent ziet een vertraging van 7 tot 9 maanden. Anderhalf jaar terug zeiden respondenten vooral uitstel te zien van nul tot drie maanden.
De groep die het meest last heeft van vertraging bevindt zich in de vastgoedsector. Een derde van hen heeft te maken met projecten die meer dan een jaar opgeschort worden. In de aannemerij ligt dit percentage een stuk lager, met maar 5 procent. Wel heeft ruim een kwart van de aannemers een vertraging tot drie maanden, en nog eens ruim een derde noemt vier tot zes maanden. 13 procent kent vertragingen van 10 tot 12 maanden.
Vroeg aansluiting aanvragen
Als belangrijkste oorzaken zien de ondernemers dat het net nu al overbelast is en dat het eerst verzwaard moet worden. Ook trage besluitvorming raakt projecten, net als een tekort aan technisch personeel bij de netbeheerders. Ook vindt 39 procent dat er sprake is van onkunde of slechte planning bij netbeheerders.
Hoe de ondernemers met vertraging omgaan, loopt uiteen. Een deel zegt andere soorten werken aan te nemen of op zoek te gaan naar omzet in andere branches. Projecten met vertraging worden op de lange baan geschoven. Weer een ander noemt het wijzigen van installaties, zodat ze nog energiezuiniger worden en een kleinere aansluiting op het net voldoende is.
Meerdere respondenten vragen zo vroeg mogelijk een aansluiting aan. “Normaal is acht maanden op tijd, nu is dat minimaal twaalf tot zestien maanden voor de start van de bouw", reageert een van de geënquêteerden.
Weinig vertrouwen
Ondertussen investeren de netbeheerders miljarden in het uitbreiden van het stroomnet. Maar ondanks dat gelooft de bouwsector niet in een snelle oplossing. Slechts een derde heeft er ‘enig vertrouwen’ in dat die investeringen het probleem binnen vijf jaar gaan oplossen. 42 procent heeft weinig vertrouwen en 18 procent geen vertrouwen.
Ongeveer de helft van de totale groep vindt dat er landelijke keuzes nodig zijn in welke projecten een hogere prioriteit moeten krijgen bij het verlenen van de stroomvergunningen. Niet iedereen deelt die mening: 36 procent is het oneens of zeer oneens. Bijna een vijfde van de ondernemers houdt zich afzijdig.
Als oplossing kan vooral opslag van energie op steun rekenen. Opslag van elektriciteit in daluren in bijvoorbeeld lege gasvelden of batterijen is voor 59 procent van de respondenten dé belangrijkste oplossing voor netcongestie.